Opschorten

Een schuldeiser is bij een opeisbare vordering bevoegd om de nakoming van de verbintenis op te schorten totdat voldoening van zijn vordering plaatsvindt, mits er tussen deze vordering en verbintenis voldoende samenhang bestaat om de opschorting te rechtvaardigen (art. 6:52 en meer specifiek bij wederkerige overeenkomsten: 6:262 BW).

Share This: